Kuregem Kort
extra achtergrond info over wijk voor de leerkracht.
Kuregem is een wijk van Anderlecht, begrensd door het
kanaal, het Zuidstation en de Brusselse binnenring. Ze deelt haar grondgebied
met een stukje Molenbeek en Sint-Gillis. Met haar kleine twee vierkante
kilometer herbergt ze ongeveer 27.000 mensen. Kuregem is getekend door haar
industrieel verleden en heeft altijd een grote aantrekkingskracht gehad voor
mensen van overal. Vandaag is het een van de meest achtergestelde en
superdiverse buurten van het land. Ze herschrijft haar geschiedenis elke dag in
een ijl tempo.
De economie als motor…
De textielnijverheid zorgde al in de vroege middeleeuwen voor een enorme bron van inkomsten in
Brussel. Kuregem nam dankzij zijn ligging een groot deel van deze
industriebedrijvigheid in. Haar ligging dichtbij de Zenne was van
levensbepalend belang. Om textiel te creëren was water onmisbaar. Men gebruikte
water om wol en katoen te wassen, te spoelen en te verven. Daarenboven werd in
1832 het kanaal Brussel-Charleroi geopend en dit vergemakkelijkte de aanvoer
van steenkool en staal. Het werd al snel duidelijk dat Kuregem het centrum van
de textielnijverheid was in Brussel. In het begin van de 19de eeuw
bevonden alle nieuwe technische snufjes van de textielindustrie zich in de buurt
van Kuregem. Het moet dan ook niet gezegd dat door de opgang van de industrie
in dit gebied, de eigenaars van deze fabrieken al snel uitgroeiden tot de
machtigste personen in de gemeente (Jorez, Eloy).
Door de komst van
het kanaal Brussel-Charleroi ontstond in Kuregem ook een nieuwe industriële tak: de metaalnijverheid. Een gevolg
daarvan was dat er sprake was van een sterke bevolkingstoename in en rond het
industriegebied. Dit betekende echter niet dat de arbeids-bevolking het voor
het zeggen had. Zoals de geschiedenis ons al in vele gevallen geleerd heeft,
was Kuregem een schoolvoorbeeld van hoe mensen uitgebuit werden. Dit zorgde na
verloop van tijd voor heel wat sociale onrust in het gebied. Zo brak er snel
een sociale opstand uit, mensen leefden in armoede en werden kwetsbaar voor epidemieën
.
Het gebied kende
al een enorme groei en alsof dat nog niet genoeg was, bouwde de stad tussen
1836 en 1841 een slachthuis in de
buurt van het kanaal. Deze bedrijvigheid kende al vlug heel wat succes, wat
ervoor zorgde dat in 1888 een groter slachthuis opgetrokken werd. Kuregem was
tegen deze tijd uitgegroeid tot een gebied met heel wat economische
activiteiten en trok vele nieuwe bewoners aan. Kuregem behoorde lange tijd tot
de economische motor van Brussel.
Na de golden
sixties werd Kuregem, net als vele andere grote steden, getroffen door industriële
teloorgang. De grote fabrieken sloten hun deuren en hun eigenaars zochten hun
redding in de verder gelegen industrieterreinen met een gemakkelijkere
bereikbaarheid. In de wijk nam de werkloosheid toe en deed verkrotting zijn
intrede. Wie kon verliet de wijk.
Ondanks de verdwijning van heel wat bedrijfstakken en de hoge werkloosheid
blijft de economische bedrijvigheid hoog in de straten van Kuregem.
Op de
abattoirsite is er nog altijd een goed draaiend slachthuis. De omliggende
slagers bewerken hun producten op maat van hun kopers. Je kan er bijvoorbeeld
Afrikaans gepekeld vlees en Poolse worsten kopen. Dit brengt ook veel mensen
van buiten Brussel naar deze plaats. Ook de markt op de site trekt elk weekend
meer dan 100.000 bezoekers aan.
Binnenkort wil men op de daken van de site de grootste urban-farm van
Europa bouwen.
In de
Textieldriekhoek vind je nog tientallen groothandelaars en kleine naaiateliers,
al moeten ze op vele plaatsen plaats maken voor groothandels met producten van
Chinese makelij. In de Heyvaert straat
vind je tientallen garages terug en worden er jaarlijks meer den 150 000
tweedehandsauto’s verhandeld tussen Europa en West-Afrika. Veel opkopers vanuit
West-Afrika zakken naar hier af om Afrika te voorzien van een wagenpark.
… van kleurrijke golven
Elke periode in
de geschiedenis van Kuregem gaat gepaard met migratiegolven waarvan elke groep
zijn sporen na liet.
Rond de eeuwwisseling
trok Kuregem veel Joden aan die
actief waren in de textielnijverheid. De synagoge en een groot Jodenmonument
getuigen hier nog van. Na WOII verlieten veel Joden Kuregem. In tegenstelling
tot Antwerpen hebben de joden van Kuregem zich na WOII niet langer fysiek
geconcentreerd in de buurt.
Van ‘44 tot ‘74
trok de Belgische staat veel goedkopere buitenlandse werkkrachten aan om de
laagbetaalde en ondergewaardeerde banen op te vullen. Mede dankzij de nabijheid
van het Zuidstation en de industrie vestigden veel gastarbeiders uit het
Middellands zeegebied zich in Kuregem. Eerst kwamen de Italianen, later werden zij opgevolgd door Spanjaarden, Grieken en Portugezen. Later volgden de Marokkanen, en in mindere mate de Turken. Nieuwkomers werden opgevangen
in opvanghuizen van hun eigen gemeenschap, veelal in de buurt van het
Zuidstation, de eerste stopplaats van de treinen uit het Zuiden.
De overgrote
meerderheid van de Turken in België is afkomstig van de dezelfde streek in
Turkije. Dit zorgde ervoor dat vele sociale relaties, die al bestonden in het
moederland, intact zijn gebleven en zelfs versterkt zijn in een poging om zich
te handhaven binnen de Belgische samenleving. De Turkse gemeenschap vestigde
zich vooral rond het Noordstation, omdat zij meestal over Duitsland het land
binnen kwamen en Brussel dus vanuit het noordoosten tegemoet kwamen.
De Marokkaanse
gemeenschap is gedifferentieerder in herkomst, sociale afkomst en etniciteit.
Veel nieuwkomers konden dus niet terugvallen op een sociaal / familiaal
netwerk. Dit maakte hen dubbel kwetsbaar
in hun nieuwe land. Met meer dan 50 procent is de concentratie van Marokkaanse
inwijkelingen momenteel het grootst in de wijk rond het Lemmensplein, de vele
genaturaliseerde Marokkanen niet meegerekend.
De verkrotting en
werkloosheid in de wijk is blijven toenemen. Deze slechte “goedkope” behuizing
trekt minder financieel krachtige mensen aan. Veel van hen zijn nieuwkomers,
asielzoeker of uitgewezen mensen. Velen van hen vinden in de wijk ook een bron
van inkomsten binnen illegale economie. Hoeveel mensen zonder papieren in
Brussel verblijven, wonen en werken valt moeilijk te bepalen, maar het gaat
alvast over tienduizenden. Men spreekt in Brussel van een 20e
gemeente, zoveel mensen zijn het.
Door
internationale economische verschuivingen verandert de herkomst van deze
mensen. De laatste 20 jaar kent Kuregem kleurrijke golven uit Zuid-Amerika, Afrika en Oost Europa.
Bij de school naast het Lemmensplein komen regelmatig nieuwe anderstalige
leerlingen aankloppen waarvan velen geen papieren hebben of geen Frans,
Nederlands of Engels kunnen spreken. De nationaliteiten zijn er bijgevolg heel
divers, van Nepalees tot Afrikaan, van Rus tot Marokkaan. Slechte huisvesting
en onbeschermde arbeidersvoorwaarden zijn meestal de enige antwoorden die
Kuregem kan bieden tijdens hun zoektocht naar geluk. Huisvesting is in deze
overvolle wijk een acuut probleem. Kamers worden apart verhuurd of zelfs
gedeeld.
De wijk trok de laatste jaren ook Syrische vluchtelingen aan, aangezien er
op de Bergense steenweg veel Libanese en Syrische handelszaken zijn.
Het aantal oorspronkelijke
Belgen in de wijk blijft afnemen en bestaat vooral uit weinig kapitaalkrachtige
bejaarden en kansarme gezinnen. Het dienstencentrum “Cosmos” probeert deze
mensen te ondersteunen en hen bescherming te bieden tegen sociaal isolement. De
laatste tijd vinden ook enkele jonge Vlaamse gezinnen de weg naar deze wijk die
hen redelijk goedkope woningen aanbiedt vlakbij het centrum van Brussel.
In wijken zoals
Kuregem vinden veel nieuwkomers aansluiting bij landgenoten die hen voorgingen,
ondernemen ze en kunnen ze doorstoten tot de middenklasse. Na verloop van tijd
verlaten sommigen de aankomstwijk in Kuregem en maken plaats voor nieuwe. Men
stelt vast dat in Kuregem de armoede stagneert of toeneemt terwijl de wijk
eigenlijk fungeert om nieuwkomers omhoog te duwen op de sociale ladder.
De kansen en uitdagingen van Kuregem vandaag.
Vandaag blijft Kuregem groeien en mensen aantrekken. Sinds 2001 is het
bevolkingsaantal meer dan 20 procent gegroeid.
Kuregem is een jonge wijk met een gemiddelde
leeftijd van 31 jaar. Maar liefst 1/4e van de bevolking is er jonger
dan 25 jaar en 20 procent van de gezinnen heeft meer dan drie kinderen.
Kuregem groeit
niet alleen kwantitatief, maar ook kwalitatief, en is met haar 121
verschillende nationaliteiten een toonbeeld geworden van superdiversiteit. Waar je vroeger soms uitsluitend Noord-Afrikanen
in het straatbeeld zag, zie je nu ook meer en meer Zwart-Afrikanen, Aziaten en
Oost-Europeanen de trottoirs kleuren. Het is een wijk geworden waar Roma een
babbeltje slaan met West-Afrikaanse autohandelaars, waar Pakistanen Afrikaanse
winkeltjes runnen, waar Marokkaanse papa’s een zoen geven aan hun Congolese
vrouw, de Braziliaanse buurvrouw Albanese kindjes opvangt, een Algerijnse
verpleegster het hemd rechttrekt van een Belgische senior, enzovoort.
Door het grote
percentage “niet-Belgen” in de wijk, werd ze meer dan 40 jaar lang electoraal
verwaarloosd. Pas eind de jaren 90 schoot de politiek wakker. Hevige rellen en
de Snel-Belgwet brachten de wijk op de politieke
agenda. 150 miljoen toenmalige Belgische franken werd in de wijk
geïnvesteerd (infrastructuur, sport, cultuur, pedagogische activiteiten), samen
met de uitbouw van wijkontwikkelingsprojecten die nog doorlopen tot vandaag. De
grote uitdagingen waren en zijn nog steeds: aanpakken van het sociaal en
cultureel isolement, creëren van werkgelegenheid en het opkrikken van de
leefbaarheid van de buurt. Het buurtopbouwwerk wil ook de participatie van de
bewoners op bestuurlijk niveau bevorderen. Er werd met de bewoners een
vragenlijst opgesteld die overhandigd werd aan de huidige burgemeester. Van
zijn kant werkt de gemeentelijke overheid sindsdien aan transparantie en een
betere communicatie. De inspanningen kenden een positief resultaat: sinds de verkiezingen
van 2000 telt de Anderlechtse gemeenteraad 3 verkozenen uit Kuregem.
Ondertussen zijn er talloze sociaal-culturele organisaties actief in de
wijk en de wil van de wijk om vooruit te gaan is groot.. De vragen naar
huiswerkbegeleiding, vrouwengroepen, taallessen, betere huisvesting, opleidingen, enzovoort,
zijn niet bij te houden. Jammer genoeg valt zo veel jaren sociale
achterstelling moeilijk in te halen en blijft de wijk kampen met problemen
zoals haar grote werkloosheid, de veelal slechte behuizing, het gebrek aan
participatie, de lokroep van de quick wins en de criminaliteit, problemen met
de openbare netheid, gebrek aan openbare ruimtes, enzovoort.
5. Studio Globo Brussel komt terecht in Kuregem…
Onze vestigingsplaats
is in Kuregem. Hoewel we deze locatie niet zelf hebben gekozen, voelen we wel
dat onze aanwezigheid een zekere verantwoordelijkheid met zich meebrengt. Om de
buurt beter te leren kennen hadden we gesprekken met een aantal mensen die hier
al jaren wonen en werken. Deze gesprekken leerden ons dat de vestiging van Studio
Globo in het Kuregem van vandaag geen neutrale beslissing kan zijn. De mensen
die we spraken waren allereerst erg verheugd over onze komst, omdat onze
activiteiten aan leerkrachten, kinderen en studenten, de weg naar de wijk
zullen tonen. Kuregem ontvangt, in tegenstelling tot andere wijken zoals bijvoorbeeld
Matongé, erg weinig buitenstaanders.
Bronnen:
- Meerjarenplan 2003-2008 van
Samenlevingsopbouw Brussel;
- Documentatiemap: “ Een
verkenning van Kuregem” (2002) geschreven door Dirk de Caluwé en Gust Van
Roosbroeck;
- Artikels uit de pers en
getuigenissen uit de buurt (met speciale vermelding van Hugo Carmeliet).